Persoonlijke
voornaamwoorden
In het Spaans is het echter niet nodig om in iedere uitdrukking het voornaamwoord (nominatief/onderwerp) te gebruiken, omdat dat het onderwerp meestal uit de werkwoordsvorm en/of de context blijkt. In het Spaans worden deze slechts gebruikt om de nadruk te leggen. Zie hieronder een tabel met een overzicht:
1 singular | yo | ik |
2 singular | tú | jij |
3 singular | él | hij |
ella | zij | |
usted | u |
1 plural | nosotros/as | wij |
2 plural | vosotros/as | jullie |
3 plural | ellos/as | zij |
ustedes | u (allen) |
Meervoud: mannelijk/vrouwelijk
De mannelijke vormen nosotros, vosotros en ellos duiden óf mannelijke personen aan óf mannelijke en vrouwelijke personen samen.
De vrouwelijke vormen nosotras, vosotras en ellas duiden alleen vrouwelijke personen aan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten